link naar de RSS Feed van de laatste nieuwsberichten meld deze pagina op Twitter meld deze pagina op Facebook

Bijzondere Veertigdagentijd

Oproep tot gebed en preek

gepubliceerd: zondag, 15 maart 2020

Deze Veer­tig­da­gen­tijd is anders gewor­den; vie­rin­gen gaan niet door of in zeer klein ver­band. Het komt er nu op aan of we deze tijd van genade, die de Veer­tig­da­gen­tijd toch is, gebruiken om meer God te zoeken, meer naar God te gaan meer naar God te luis­te­ren, want zijn Woord klinkt nog steeds en wil ons ook sterken om de moed niet te verlossen.

Deze tijd is om ons geloof te vernieuwen met Pasen, als we dat kunnen vieren. Is God er of toch niet; dat is de vraag die we vandaag ook horen. Geeft Hij het leven en de liefde, of loopt alles dood. De be­proe­ving waar­mee de Veer­tig­da­gen­tijd be­gon­nen is, zijn er steeds; of we verloochenen God of we steunen meer op Hem. Gaan meer bij Hem in de leer om zijn leer­lin­gen te blijven?

Het is mooi om ook thuis God meer te zoeken, meer te bid­den, meer het Woord van God te lezen; dat we niet vallen in een groot gat en zo verloren gaan. Beleef deze tijd meer met God en laat je niet gaan in wanhoop en angst, die met ons op de loop kunnen gaan.

Preek

We hebben allemaal zo onze zorgen voor ons dage­lijks bestaan.
Mensen gaan niet voor niets hams­te­ren. Achter alles gaan grote angsten schuil.
Redden wij het wel. De joden klagen zelf God, want ze weten: we gaan dood.
Zorgt God nu wel voor ons of niet. God zorgt, maar anders dan wij denken of willen.

Wij hebben vaak maar een beperkte visie over het leven,
zodat het vaak alleen een overleven is, dat dan zo goed moge­lijk moet zijn,
met eten en drinken, met werken en slapen, uit­gaan en vakantie, met mijn sala­ris,
met zo min moge­lijk moei­lijk­he­den en problemen.

De vrouw bij de put komt zo ook elke dag water putten om te leven;
nood­za­ke­lijk voor het leven,
maar ze heeft nog een ander probleem, van­wege haar leef­si­tua­tie;
vijf mannen heeft ze gehad en ze leeft nu met een 6e samen. Wat is dat?

Daarom komt ze op een uur water putten dat er niemand is; ze wil niet gezien wor­den;
de mensen praten over haar, van­wege haar leven. Ze hebben haar liever niet;
ze kijken op haar neer; ze ontwijkt de mensen. Ze is wel een­zaam en lijdt veel.

Wie ziet dat? Dit is het bestaan van mensen; het lij­den, dat er altijd is. Wat is het leven toch, met zijn verlangens en teleur­stel­lingen, met zijn vragen en zorgen.

Deze vrouw mag Jezus ont­moe­ten. Hij vraagt haar om water,
maar maakt dan ken­baar dat Hij levend water geeft, dat Hij zelf een bron van leven is;
je moet bij Hem zijn.

Wij mensen hou­den ergens een enorme dorst naar het leven;
wij hebben steeds onze verlangens, met begeertes, naar van alles en nog wat;
we kopen wat af; we reizen enorm; we zoeken steeds ontspan­ning, leuke dingen maar het stilt onze diepste hon­ger niet, in ons hart is als het ware een gat, een zwart gat;
het is alleen voor dat een kort moment;
zo leven we van het een naar het ander, als het ware rusteloos, met diepte angst,
die we steeds ver­drin­gen, maar zich steeds doen gel­den.

Deze vrouw mag Jezus ont­moe­ten.
De wereld mag God ont­moe­ten in de ge­krui­sig­de en verrezen Heer.
Wie heeft er oog voor,
want je leven veran­dert er echt door, zoals we zien bij deze vrouw;
zij is gelukkig gewor­den; ze straalt het uit
en ze gaat zelfs naar de mensen toe gaat met haar ge­tui­ge­nis. Zullen ze haar geloven?
ze komen kijken en ze komen door naar Jezus te luis­te­ren ook zelf tot geloof,
dat Jezus de red­der is, de red­der van de wereld.

Maar Jezus wil de wereld als eerste red­den van zonde en dood,
want achter alles staat ergens zowel God als de macht van de zonde,
die de mens in zijn greep heeft en houdt, met deze zonde van hoogmoed en trots,
van onver­schil­lig­heid en zelf­ge­noeg­zaam­heid, met zijn eigen­gereid­heid
en zijn eigen wil te doen en zijn eigen gang te gaan.

We leven zelfs in een tijd, die God heeft los gelaten, God verloochend,
zelfs door veel gelo­vi­gen,
een tijd waarin mensen denken het zon­der God wel te red­den;
Zo wordt het een verschrikke­lijke tijd, zoals nu naar voren komt.
We denken steeds het leven zelf in de hand te hebben en alles te kunnen regelen,
te kunnen or­ga­ni­se­ren.

Een klein virusje slaat alles uit onze han­den.
Zijn we nu verloren: gaat de wereld ten onder? Aan zich­zelf over gelaten wel;
wij red­den het niet, nooit. We hebben Christus nodig. Hij komt;
Hij wil komen voor ons in ons bestaan ten dode.
Deze Christus is zelf het lij­den binnen gegaan;
Hij wil ons lij­den delen, van een­zaam­heid, onze diepe angst.

Hij komt en draagt de zonde, de ver­nie­ti­gende zonde. Hij drinkt deze beker leeg
en gaat binnen in het mysterie van de dood en dan verrijst Hij ten leven,
en is een bron, van leven en liefde, van red­ding en hoop. Dat mag in ons komen,
zoals het in de vrouw kwam, en zo in de mensen, en ook in ons.

Er is daarvoor een vraag:
Hebben wij, Krijgen wij weer een verlangen naar God, een open­heid,
dat we God toelaten en niet gesloten blijven zoals ge­mak­ke­lijk gebeurt,
van­wege onze vragen en eigen­wijs­heid.

Iemand zei deze dagen:
We leven van kruis naar kruis, van moei­lijk­heid naar moei­lijk­heid; dat blijft,
maar een christen leeft door het kruis van Pasen tot Pasen, want heeft de wereld gered.
Hij geeft ons het leven, mid­den in de dood en wij kunnen daar­van getuigen wor­den,
zoals deze arme vrouw en andere mensen ook tot Christus brengen.
Hij spreekt tot ons, bemoe­digt ons, sterkt ons en vult ons met zijn leven.
Zo kunnen we leven, alleen door Hem, met Hem en in Hem.

Amen



 

St. Barnabasparochie • Grote Haven 8 • 2851 BM  Haastrecht  /  H. Bartholomeusparochie • Wal 61 • 2871 BC  Schoonhoven
(0182) 38 24 55 • info@barnabasparochie.nlinfo@bartholomeusparochie.nl